Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- langskomen:
-
Wiktionary:
- langskomen → passer devant, passer chez
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor langskomen (Nederlands) in het Frans
langskomen:
-
langskomen (op bezoek komen; bezoeken; voorbijkomen; opzoeken; inlopen; aankomen)
rendre visite; passer; rendre visite à; aller voir; fréquenter; faire une invasion; consulter; envahir; chercher; pénétrer dans; s'informer-
rendre visite werkwoord
-
passer werkwoord (passe, passes, passons, passez, passent, passais, passait, passions, passiez, passaient, passai, passas, passa, passâmes, passâtes, passèrent, passerai, passeras, passera, passerons, passerez, passeront)
-
rendre visite à werkwoord
-
aller voir werkwoord
-
fréquenter werkwoord (fréquente, fréquentes, fréquentons, fréquentez, fréquentent, fréquentais, fréquentait, fréquentions, fréquentiez, fréquentaient, fréquentai, fréquentas, fréquenta, fréquentâmes, fréquentâtes, fréquentèrent, fréquenterai, fréquenteras, fréquentera, fréquenterons, fréquenterez, fréquenteront)
-
faire une invasion werkwoord
-
consulter werkwoord (consulte, consultes, consultons, consultez, consultent, consultais, consultait, consultions, consultiez, consultaient, consultai, consultas, consulta, consultâmes, consultâtes, consultèrent, consulterai, consulteras, consultera, consulterons, consulterez, consulteront)
-
envahir werkwoord (envahis, envahit, envahissons, envahissez, envahissent, envahissais, envahissait, envahissions, envahissiez, envahissaient, envahîmes, envahîtes, envahirent, envahirai, envahiras, envahira, envahirons, envahirez, envahiront)
-
chercher werkwoord (cherche, cherches, cherchons, cherchez, cherchent, cherchais, cherchait, cherchions, cherchiez, cherchaient, cherchai, cherchas, chercha, cherchâmes, cherchâtes, cherchèrent, chercherai, chercheras, cherchera, chercherons, chercherez, chercheront)
-
pénétrer dans werkwoord
-
s'informer werkwoord
-
-
langskomen (op visite gaan; bezoeken; voorbijkomen; iemand opzoeken; langsgaan; aankomen)
rendre visite; aller voir; passer voir; fréquenter-
rendre visite werkwoord
-
aller voir werkwoord
-
passer voir werkwoord
-
fréquenter werkwoord (fréquente, fréquentes, fréquentons, fréquentez, fréquentent, fréquentais, fréquentait, fréquentions, fréquentiez, fréquentaient, fréquentai, fréquentas, fréquenta, fréquentâmes, fréquentâtes, fréquentèrent, fréquenterai, fréquenteras, fréquentera, fréquenterons, fréquenterez, fréquenteront)
-
Conjugations for langskomen:
o.t.t.
- kom langs
- komt langs
- komt langs
- komen langs
- komen langs
- komen langs
o.v.t.
- kwam langs
- kwam langs
- kwam langs
- kwamen langs
- kwamen langs
- kwamen langs
v.t.t.
- ben langsgekomen
- bent langsgekomen
- is langsgekomen
- zijn langsgekomen
- zijn langsgekomen
- zijn langsgekomen
v.v.t.
- was langsgekomen
- was langsgekomen
- was langsgekomen
- waren langsgekomen
- waren langsgekomen
- waren langsgekomen
o.t.t.t.
- zal langskomen
- zult langskomen
- zal langskomen
- zullen langskomen
- zullen langskomen
- zullen langskomen
o.v.t.t.
- zou langskomen
- zou langskomen
- zou langskomen
- zouden langskomen
- zouden langskomen
- zouden langskomen
diversen
- kom langs!
- komt langs!
- langsgekomen
- langskomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor langskomen:
Wiktionary: langskomen
langskomen
verb
-
voorbijgaan
- langskomen → passer devant
-
langsgaan, op bezoek komen
- langskomen → passer chez
Computer vertaling door derden: