Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. opspelen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opspelen (Nederlands) in het Frans

opspelen:

opspelen werkwoord (speel op, speelt op, speelde op, speelden op, opgespeeld)

  1. opspelen (opspelen kaartspel)
    prendre part à; jouer en premier; jouer; participer
    • prendre part à werkwoord
    • jouer en premier werkwoord
    • jouer werkwoord (joue, joues, jouons, jouez, )
    • participer werkwoord (participe, participes, participons, participez, )

Conjugations for opspelen:

o.t.t.
  1. speel op
  2. speelt op
  3. speelt op
  4. spelen op
  5. spelen op
  6. spelen op
o.v.t.
  1. speelde op
  2. speelde op
  3. speelde op
  4. speelden op
  5. speelden op
  6. speelden op
v.t.t.
  1. heb opgespeeld
  2. hebt opgespeeld
  3. heeft opgespeeld
  4. hebben opgespeeld
  5. hebben opgespeeld
  6. hebben opgespeeld
v.v.t.
  1. had opgespeeld
  2. had opgespeeld
  3. had opgespeeld
  4. hadden opgespeeld
  5. hadden opgespeeld
  6. hadden opgespeeld
o.t.t.t.
  1. zal opspelen
  2. zult opspelen
  3. zal opspelen
  4. zullen opspelen
  5. zullen opspelen
  6. zullen opspelen
o.v.t.t.
  1. zou opspelen
  2. zou opspelen
  3. zou opspelen
  4. zouden opspelen
  5. zouden opspelen
  6. zouden opspelen
diversen
  1. speel op!
  2. speelt op!
  3. opgespeeld
  4. opspelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor opspelen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jouer opspelen; opspelen kaartspel acteren; doen alsof; dramatiseren; een gok wagen; een rol vertolken; gokken; komedie spelen; met aandelen spelen; met geld spelen; optreden; performen; speculeren; spelen; tokkelen; toneelspelen; zich aanstellen
jouer en premier opspelen; opspelen kaartspel
participer opspelen; opspelen kaartspel acteren; deel hebben aan; deelnemen; een rol vertolken; komedie spelen; meedoen; meespelen; participeren; toneelspelen; zich aanstellen
prendre part à opspelen; opspelen kaartspel deel hebben aan; deelnemen; meedoen; participeren

Wiktionary: opspelen


Cross Translation:
FromToVia
opspelen contredire; protester sass — talk back

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van opspelen