Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. smet:
  2. smetten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor smet (Nederlands) in het Frans

smet:

smet [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de smet (schandvlek; schandmerk)
    la flétrissure; la tare; la stigmate
  2. de smet (vlek)
    la tache; le blâme; la souillure
    • tache [la ~] zelfstandig naamwoord
    • blâme [le ~] zelfstandig naamwoord
    • souillure [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor smet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blâme smet; vlek berisping; blaam; gisping; lering; reprimande; standje; terechtwijzing; verwijt
flétrissure schandmerk; schandvlek; smet verwelking
souillure smet; vlek bevuiling; milieuvervuiling; moesje; nop; spat; spatje; stip; stipje; stippel; verontreiniging; vervuiling; vlek; vlekje
stigmate schandmerk; schandvlek; smet brandmerk; stigma; wondteken van Christus
tache smet; vlek klad; kladwerk; kledder; klodder; kwak; lik; moesje; nop; proefversie; spat; spatje; spatter; spikkel; stip; stipje; stippel; vlek; vlekje; vlekken; vuile plek
tare schandmerk; schandvlek; smet tarra; tarragewicht

Verwante woorden van "smet":


Wiktionary: smet

smet
noun
  1. Souillure sur quelque chose

Cross Translation:
FromToVia
smet marque; salissure; tache blur — A smear, smudge or blot
smet défilement pollution — archaic: physical defilement

smet vorm van smetten:

smetten werkwoord (smet, smette, smetten, gesmet)

  1. smetten (vlekken; afgeven; bevlekken)
    déteindre; tacher; salir; soiller
    • déteindre werkwoord (déteins, déteint, déteignons, déteignez, )
    • tacher werkwoord (tache, taches, tachons, tachez, )
    • salir werkwoord (salis, salit, salissons, salissez, )
    • soiller werkwoord

Conjugations for smetten:

o.t.t.
  1. smet
  2. smet
  3. smet
  4. smetten
  5. smetten
  6. smetten
o.v.t.
  1. smette
  2. smette
  3. smette
  4. smetten
  5. smetten
  6. smetten
v.t.t.
  1. heb gesmet
  2. hebt gesmet
  3. heeft gesmet
  4. hebben gesmet
  5. hebben gesmet
  6. hebben gesmet
v.v.t.
  1. had gesmet
  2. had gesmet
  3. had gesmet
  4. hadden gesmet
  5. hadden gesmet
  6. hadden gesmet
o.t.t.t.
  1. zal smetten
  2. zult smetten
  3. zal smetten
  4. zullen smetten
  5. zullen smetten
  6. zullen smetten
o.v.t.t.
  1. zou smetten
  2. zou smetten
  3. zou smetten
  4. zouden smetten
  5. zouden smetten
  6. zouden smetten
en verder
  1. ben gesmet
  2. bent gesmet
  3. is gesmet
  4. zijn gesmet
  5. zijn gesmet
  6. zijn gesmet
diversen
  1. smet!
  2. smett!
  3. gesmet
  4. smettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor smetten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
déteindre afgeven; bevlekken; smetten; vlekken tanen; vaal worden; van kleur veranderen; verbleken; verkleuren; verschieten; vervagen; vervalen
salir afgeven; bevlekken; smetten; vlekken bekladden; bemorsen; besmeren; bevlekken; bevuilen; een smet werpen op; kladden; knoeien; morsen; ontluisteren; smerig worden; verontreinigen; vervuilen; vies maken; vies worden; viesmaken; vlekken; vuil maken; vuilmaken
soiller afgeven; bevlekken; smetten; vlekken
tacher afgeven; bevlekken; smetten; vlekken bekladden; bemorsen; besmeren; bevlekken; bevuilen; kladden; knoeien; morsen; vies maken; viesmaken; vlekken; vuil maken; vuilmaken

Verwante woorden van "smetten":


Verwante vertalingen van smet