Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Frans ->Zoek: apostel

Nederlandse en Franse zoekresultaten voor: apostel

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

apostel:
- apôtre; envoyé de Dieu
Wiktionary:
- apostel → apôtre
- apostel → apôtresse, apôtre

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor apostel (Nederlands) in het Frans

apostel:

apostel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de apostel
l'apôtre; l'envoyé de Dieu
- apôtre [le ~] zelfstandig naamwoord
- envoyé de Dieu [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor apostel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
apôtre	apostel	godsbode; godsgezant
envoyé de Dieu	apostel	godsbode; godsgezant

Verwante woorden van "apostel":

apostelen, apostels

Wiktionary: apostel

apostel

noun

leerling van Jezus
- apostel → apôtre
verkondiger van een nieuwe leer
- apostel → apôtre

apostel

noun

(religion) Une des douze personnes que Jésus-Christ choisir particulièrement, entre ses disciples, pour prêcher l’évangile.
- apôtre → apostel; voorvechter

Cross Translation:

From	To	Via
• apostel	→ apôtresse; apôtre	↔ apostle — missionary or leader of a mission
• apostel	→ apôtre	↔ Apostel — Religion: einer der zwölf Jünger, die von Jesus von Nazareth persönlich zur Mission ausgesandt wurden