Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Frans ->Zoek: spreker

Nederlandse en Franse zoekresultaten voor: spreker

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

spreker:
- locuteur; orateur; conférencier; quelqu'un qui fait un discours
Wiktionary:
- spreker → locuteur
- spreker → parleur, locuteur

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor spreker (Nederlands) in het Frans

spreker:

spreker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de spreker (redenaar; lector; redevoerder)
le locuteur; l'orateur; le conférencier; le quelqu'un qui fait un discours
- locuteur [le ~] zelfstandig naamwoord
- orateur [le ~] zelfstandig naamwoord
- conférencier [le ~] zelfstandig naamwoord
- quelqu'un qui fait un discours [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor spreker:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
conférencier	lector; redenaar; redevoerder; spreker
locuteur	lector; redenaar; redevoerder; spreker
orateur	lector; redenaar; redevoerder; spreker	voordrachtkunstenaar; woordvoerder; zegsman
quelqu'un qui fait un discours	lector; redenaar; redevoerder; spreker

Verwante woorden van "spreker":

sprekers

Wiktionary: spreker

spreker

noun

Personne qui peut parler dans une langue
- locuteur → spreker

Cross Translation:

From	To	Via
• spreker	→ parleur; locuteur	↔ speaker — one who speaks