Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. cheques:
  2. cheque:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor cheques (Nederlands) in het Frans

cheques:

cheques [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de cheques
    le chèques

Vertaal Matrix voor cheques:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chèques cheques

Verwante woorden van "cheques":


cheque:

cheque [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de cheque
    le chèque
    • chèque [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cheque:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chèque cheque bankcheque

Verwante woorden van "cheque":


Wiktionary: cheque

cheque
noun
  1. billet à vue et au porteur sur un établissement de crédit, où le tireur a une provision de fonds.

Cross Translation:
FromToVia
cheque chèque cheque — a note promising to pay money to a named person or entity

Computer vertaling door derden: