Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ouwehoer:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ouwehoeren (Nederlands) in het Zweeds

ouwehoer:

ouwehoer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de ouwehoer (kletser; babbelaar; leuterkous; zwamneus)
    skvallerkärring; sladdertacka; skvallerbytta

Vertaal Matrix voor ouwehoer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skvallerbytta babbelaar; kletser; leuterkous; ouwehoer; zwamneus gladjanus; gluiperd; klikspaan; verklikker; verklikkerlichtje
skvallerkärring babbelaar; kletser; leuterkous; ouwehoer; zwamneus
sladdertacka babbelaar; kletser; leuterkous; ouwehoer; zwamneus

Verwante woorden van "ouwehoer":

  • ouwehoeren


Wiktionary: ouwehoeren


Cross Translation:
FromToVia
ouwehoeren skvallra klatschenumgangssprachlich: über Abwesende schlecht reden
ouwehoeren snacka schwätzenumgangssprachlich, landschaftlich (alemannisch): sich lebhaft (über eher unwichtige Thema) unterhalten
ouwehoeren skvallra tratschenabwertend: über andere abfällig reden

Computer vertaling door derden: