Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. organisator:
  2. Organisator:
  3. Wiktionary:
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. organisator:
  2. Organisatör:
  3. organisatör:
  4. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor organisator (Nederlands) in het Zweeds

organisator:

organisator [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de organisator
    organisator
  2. de organisator (Organisator; organisator van de vergadering)

Vertaal Matrix voor organisator:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
organisator organisator
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Organisatör Organisator; organisator; organisator van de vergadering
mötesorganisatör Organisator; organisator; organisator van de vergadering
organisatör Organisator; organisator; organisator van de vergadering

Verwante woorden van "organisator":

  • organisatoren, organisators

Wiktionary: organisator

organisator
noun
  1. iemand die organiseert of die organisatietalent heeft

Cross Translation:
FromToVia
organisator värd host — person or organisation responsible for running an event
organisator arrangör; organisatör organizer — person arranging public events

Organisator:


Computer vertaling door derden:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor organisator (Zweeds) in het Nederlands

organisator:

organisator zelfstandig naamwoord

  1. organisator
    de organisator

Vertaal Matrix voor organisator:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
organisator organisator Organisatör; mötesorganisatör; organisatör

Organisatör:


Vertaal Matrix voor Organisatör:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
organisator Organisatör; mötesorganisatör; organisatör organisator
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Organisator Organisatör; mötesorganisatör; organisatör
organisator van de vergadering Organisatör; mötesorganisatör; organisatör

organisatör:


Vertaal Matrix voor organisatör:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
organisator Organisatör; mötesorganisatör; organisatör organisator
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Organisator Organisatör; mötesorganisatör; organisatör
organisator van de vergadering Organisatör; mötesorganisatör; organisatör

Synoniemen voor "organisatör":


Wiktionary: organisatör

organisatör
noun
  1. iemand die organiseert of die organisatietalent heeft

Cross Translation:
FromToVia
organisatör organisator organizer — person arranging public events

Computer vertaling door derden: