Overzicht
Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...
- beroemd:
- beroemen:
- Wiktionary:
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
- berömd:
- berömma:
-
Wiktionary:
- berömd → befaamd
- berömd → beroemd, vermaard, gerenommeerd, befaamd, gevierd, roemruchtig, wijdvermaard, alom bekend, welbekend, glorierijk, glorieus, roemrijk, roemvol
- berömma → loven
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor beroemd (Nederlands) in het Zweeds
beroemd:
-
beroemd (befaamd)
-
beroemd (gedistingeerd; voornaam; illuster; hooggeplaatst; adelijk; verheven; gewichtig; aanzienlijk; doorluchtig)
distingerat; ansett; högt uppsatt; framstående-
distingerat bijvoeglijk naamwoord
-
ansett bijvoeglijk naamwoord
-
högt uppsatt bijvoeglijk naamwoord
-
framstående bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor beroemd:
Verwante woorden van "beroemd":
Verwante definities voor "beroemd":
Wiktionary: beroemd
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• beroemd | → berömd; känd | ↔ famous — well known |
• beroemd | → berömd | ↔ renowned — famous |
• beroemd | → beryktad; berömd; frejdad; känd | ↔ célèbre — Qui est très connaître par une population et ses médias. |
• beroemd | → renommerad; beryktad; berömd; frejdad | ↔ fameux — Dont la réputation est très grande. |
• beroemd | → gloriös | ↔ glorieux — Qui donner de la gloire. |
beroemd vorm van beroemen:
-
beroemen (roem dragen)
Conjugations for beroemen:
o.t.t.
- beroem
- beroemt
- beroemt
- beroemen
- beroemen
- beroemen
o.v.t.
- beroemde
- beroemde
- beroemde
- beroemden
- beroemden
- beroemden
v.t.t.
- heb beroemd
- hebt beroemd
- heeft beroemd
- hebben beroemd
- hebben beroemd
- hebben beroemd
v.v.t.
- had beroemd
- had beroemd
- had beroemd
- hadden beroemd
- hadden beroemd
- hadden beroemd
o.t.t.t.
- zal beroemen
- zult beroemen
- zal beroemen
- zullen beroemen
- zullen beroemen
- zullen beroemen
o.v.t.t.
- zou beroemen
- zou beroemen
- zou beroemen
- zouden beroemen
- zouden beroemen
- zouden beroemen
diversen
- beroem!
- beroemt!
- beroemd
- beroemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
beroemen
vara stolt över-
vara stolt över zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor beroemen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vara stolt över | beroemen | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
berömma sig av | beroemen; roem dragen | zich laten voorstaan |
vara stolt över | beroemen; roem dragen | zich laten voorstaan |
Computer vertaling door derden:
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor beroemd (Zweeds) in het Nederlands
berömd:
Vertaal Matrix voor berömd:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
befaamd | bekant; berömd; berömdt; känd; känt; populärt; välkänt | framstående; högt stående |
beroemd | bekant; berömd; berömdt; känd; känt; populärt; välkänt | ansett; distingerat; framstående; högt uppsatt |
glorierijk | berömd; berömt | fantastisk; fantastiskt; glansfull; hedersamt; härlig; härligt; pompös; pompöst; praktfullt; ståtlig; ståtligt; underbar; underbart; utomordentligt; ärorik; ärorikt |
roemrijk | berömd; berömt | |
roemvol | berömd; berömt | |
vermaard | berömd |
Synoniemen voor "berömd":
Wiktionary: berömd
berömd
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• berömd | → beroemd | ↔ famous — well known |
• berömd | → vermaard; beroemd; gerenommeerd | ↔ renowned — famous |
• berömd | → befaamd; beroemd; gevierd; roemruchtig; vermaard; wijdvermaard; alom bekend; welbekend | ↔ célèbre — Qui est très connaître par une population et ses médias. |
• berömd | → befaamd; beroemd; gerenommeerd; gevierd; glorierijk; glorieus; roemrijk; roemruchtig; roemvol; vermaard; wijdvermaard; alom bekend; welbekend | ↔ fameux — Dont la réputation est très grande. |
beroemd vorm van berömma:
-
berömma (lovorda; prisa)
de hemel in prijzen; ophemelen; hemelhoog prijzen-
de hemel in prijzen werkwoord
-
hemelhoog prijzen werkwoord
-
-
berömma
Conjugations for berömma:
presens
- berömmer
- berömmer
- berömmer
- berömmer
- berömmer
- berömmer
imperfekt
- berömde
- berömde
- berömde
- berömde
- berömde
- berömde
framtid 1
- kommer att berömma
- kommer att berömma
- kommer att berömma
- kommer att berömma
- kommer att berömma
- kommer att berömma
framtid 2
- skall berömma
- skall berömma
- skall berömma
- skall berömma
- skall berömma
- skall berömma
conditional
- skulle berömma
- skulle berömma
- skulle berömma
- skulle berömma
- skulle berömma
- skulle berömma
perfekt particip
- har berömt
- har berömt
- har berömt
- har berömt
- har berömt
- har berömt
imperfekt particip
- hade berömt
- hade berömt
- hade berömt
- hade berömt
- hade berömt
- hade berömt
blandad
- beröm!
- beröm!
- berömd
- berömande
1. jag, 2. du/ni, 3. han/hon/den/det, 4. vi, 5. ni, 6. de
Vertaal Matrix voor berömma:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
de hemel in prijzen | berömma; lovorda; prisa | |
hemelhoog prijzen | berömma; lovorda; prisa | |
lofprijzen | berömma | |
ophemelen | berömma; lovorda; prisa |
Synoniemen voor "berömma":
Computer vertaling door derden: