Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. opwelling:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opwelling (Nederlands) in het Zweeds

opwelling:

opwelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de opwelling (bevlieging; vlaag; aanval)
    infall
    • infall [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. de opwelling (luim; impuls; prikkel)
    infall; nyck; impuls
    • infall [-ett] zelfstandig naamwoord
    • nyck [-en] zelfstandig naamwoord
    • impuls [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor opwelling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
impuls impuls; luim; opwelling; prikkel impulsmoment
infall aanval; bevlieging; impuls; luim; opwelling; prikkel; vlaag bui; gril; kuur; luim; nuk
nyck impuls; luim; opwelling; prikkel bui; gril; kuur; luim; nuk

Verwante woorden van "opwelling":

  • opwellingen

Wiktionary: opwelling


Cross Translation:
FromToVia
opwelling virrvarr flurry — sudden activity

Verwante vertalingen van opwelling