Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. haas:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor haas (Nederlands) in het Zweeds

haas:

haas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de haas
    hare
    • hare [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor haas:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hare haas funk; gangmakers; groentje; lafaard; lafbek; langoor; melkmuil; stemmingmakers

Verwante woorden van "haas":


Wiktionary: haas

haas
noun
  1. Lepus eropaeus, een konijnachtig zoogdier met lange achterpoten een gespleten lip en lange oren

Cross Translation:
FromToVia
haas hare hare — animal
haas tyskhare; fälthare; hare HaseZoologie: Säugetier mit langen Ohren aus der Gattung Lepus, speziell der Feldhase (L. europaeus)
haas hare lièvre — Quadrupède mammifère

Computer vertaling door derden: