Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. engels:
  2. Engels:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Engels (Nederlands) in het Zweeds

engels:

engels bijvoeglijk naamwoord

  1. engels
    engelsk; engelskt

Vertaal Matrix voor engels:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
engelsk engels Brits
engelskt engels

Engels:

Engels [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het Engels
    Engelska

Vertaal Matrix voor Engels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Engelska Engels

Verwante woorden van "Engels":

  • Engelsen

Wiktionary: Engels

Engels
noun
  1. de taal
adjective
  1. als van, in of betrekking hebbend op Engelsen, Engeland of het Engels

Cross Translation:
FromToVia
Engels engelsk English — of or pertaining to the English language
Engels engelsk English — of or pertaining to England
Engels engelska English — the English language
Engels engelska Englisch — aus England stammende westgermanische Sprache mit nordischen Einflüssen, deren Wortschatz zum großen Teil aus dem Altfranzösischen und Lateinischen entlehnen wurde
Engels engelska anglais — Langue
Engels engelsk anglais — Traductions à trier

Computer vertaling door derden: