Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. opzichter:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor opzichter (Nederlands) in het Zweeds

opzichter:

opzichter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de opzichter (opziener)
    arbetsledare; tillsynslärare
  2. de opzichter
    arbetsledare

Vertaal Matrix voor opzichter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arbetsledare opzichter; opziener inspecteurs; meesterknecht; opzichters; opzieners; surveillanten; toezichthouders; voorwerker
tillsynslärare opzichter; opziener

Verwante woorden van "opzichter":

  • opzichtertje

Verwante definities voor "opzichter":

  1. wie toezicht houdt1
    • waar is de opzichter van dit bouwwerk?1

Wiktionary: opzichter


Cross Translation:
FromToVia
opzichter bas; förman; boss; chef boss — supervisor
opzichter besiktningsman; inspektor inspecteur — Celui, celle dont la fonction est d’inspecter, de surveiller quelque chose.