Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. ruziemaker:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor ruziemaker (Nederlands) in het Zweeds

ruziemaker:

ruziemaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de ruziemaker (vechter; haantje; kemphaan; )
    bråkmakare

Vertaal Matrix voor ruziemaker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bråkmakare haantje; kemphaan; ruziemaker; ruziezoeker; twiststoker; twistzoeker; vechter druktemaker; herrieschopper; intrigant; kabaalmaker; lawaaimaker; levenmaker; nozem; onruststoker; querulant; rouwdouwer; ruw iemand; ruzieschopper; ruziezoeker; stoker; tweedrachtzaaier; zenuwlijder

Verwante woorden van "ruziemaker":


Wiktionary: ruziemaker


Cross Translation:
FromToVia
ruziemaker bråkig contentious — given to struggling