Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. anfader:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor anfader (Zweeds) in het Duits

anfader:

anfader [-en] zelfstandig naamwoord

  1. anfader (förfader)
    der Vorfahr; der Ahn; der Stammvater
    • Vorfahr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Ahn [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Stammvater [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor anfader:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ahn anfader; förfader förfader; stamfader
Stammvater anfader; förfader förfader; patriotisk; stamfader
Vorfahr anfader; förfader förfader; stamfader

Synoniemen voor "anfader":