Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. applåd:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor applåd (Zweeds) in het Duits

applåd:

applåd [-en] zelfstandig naamwoord

  1. applåd (huurarop; ovation; acklamation)
    der Applaus; der Beifall
    • Applaus [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Beifall [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. applåd
    die Deckel
    • Deckel [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor applåd:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Applaus acklamation; applåd; huurarop; ovation
Beifall acklamation; applåd; huurarop; ovation bifall; godkännande; ovation
Deckel applåd kapsyl; lock; skal

Synoniemen voor "applåd":


Wiktionary: applåd

applåd
noun
  1. akustische Bekundung von Zustimmung und Gefallen einer Darbietung
  2. Beifallsbekundung, insbesondere durch Klatschen mit den Händen