Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. belopp:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor belopp (Zweeds) in het Duits

belopp:

belopp [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. belopp (summa)
    der Betrag; die Summe
    • Betrag [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Summe [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. belopp (summor)
    die Beträge; die Summen
    • Beträge [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Summen [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor belopp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Betrag belopp; summa summa
Beträge belopp; summor summor
Summe belopp; summa summa; tillägg; tilläggssumma
Summen belopp; summor summor

Synoniemen voor "belopp":


Wiktionary: belopp

belopp
noun
  1. insbesondere: eine bestimmte Summe an Geld

Cross Translation:
FromToVia
belopp Absolutwert absolute value — numerical value of a real number
belopp Großteil bulk — major part of something
belopp Summe sum — quantity of money
belopp Betrag; Summe somme — (mathématiques) résultat de l’addition de plusieurs nombres.