Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. blamage:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor blamage (Zweeds) in het Duits

blamage:

blamage [-en] zelfstandig naamwoord

  1. blamage
    die Blamage; die Pleite
    • Blamage [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Pleite [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor blamage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Blamage blamage
Pleite blamage

Wiktionary: blamage

blamage
noun
  1. Beschämung, Situation, die zu einem Gesichtsverlust führt, die peinlich ist.