Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bortkommen:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor bortkommen (Zweeds) in het Duits

bortkommen:

bortkommen bijvoeglijk naamwoord

  1. bortkommen (fattast; bortkommet)
    verloren; verschwunden; vergangen

bortkommen zelfstandig naamwoord

  1. bortkommen (avkommande)
    die Zerstreutheit; die Abwesenheit; die Geistesabwesenheit

Vertaal Matrix voor bortkommen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Abwesenheit avkommande; bortkommen bortovaro; brist; fel; frånvaro
Geistesabwesenheit avkommande; bortkommen
Zerstreutheit avkommande; bortkommen förströelse; något som distraherar
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vergangen bortkommen; bortkommet; fattast
verloren bortkommen; bortkommet; fattast borttappad; borttappat; förlorad; försvunnen; försvunnet
verschwunden bortkommen; bortkommet; fattast framåt; försvunnen; försvunnet

Synoniemen voor "bortkommen":


Wiktionary: bortkommen

bortkommen