Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. fritid:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fritid (Zweeds) in het Duits

fritid:

fritid [-en] zelfstandig naamwoord

  1. fritid (ledig tid)
    die Freistunde; die Erholungszeit
  2. fritid
    die Freizeit
    • Freizeit [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fritid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Erholungszeit fritid; ledig tid
Freistunde fritid; ledig tid håltimme
Freizeit fritid reträtt

Synoniemen voor "fritid":


Wiktionary: fritid

fritid
noun
  1. arbeitsfreie Zeit für Erholung, Entspannung
  2. frei verfügbare Zeit (Singularetantum)

Cross Translation:
FromToVia
fritid Freizeit free time — time that can be spent on one's own activities rather than work
fritid Muße; Freizeit leisure — time free