Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. karavan:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor karavan (Zweeds) in het Duits

karavan:

karavan [-en] zelfstandig naamwoord

  1. karavan
    die Karawane
    • Karawane [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. karavan (husvagn)
    der Caravan; der Wohnwagen; der Wohnanhänger

Vertaal Matrix voor karavan:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Caravan husvagn; karavan
Karawane karavan
Wohnanhänger husvagn; karavan
Wohnwagen husvagn; karavan bilvagn; husbil; husvagn

Synoniemen voor "karavan":


Wiktionary: karavan

karavan
noun
  1. eine Gruppe von Reisenden, Kaufleuten, Forschern, Pilgern oder dergleichen, die (mit Kamelen als Lastenträger) durch Wüsten und unbewohnte Gebiete (besonders in Vorder- und Mittelasien sowie Nordafrika) zieht
  2. im übertragenen Sinne: sich in einem langen Zug hintereinander fortbewegende größere Anzahl von Personen oder Fahrzeugen