Overzicht


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor naket (Zweeds) in het Duits

naket:

naket bijvoeglijk naamwoord

  1. naket (naken)
    hüllenlos
  2. naket (bart; naken)
    entblößt; nackt; bloß
  3. naket (naken; oklätt)
    unbekleidet; nackt
  4. naket (otäckt; naken)
    nackt; ohne Bekleidung

Vertaal Matrix voor naket:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bloß bart; naken; naket endast
entblößt bart; naken; naket avklädd; avklätt
hüllenlos naken; naket
nackt bart; naken; naket; oklätt; otäckt
ohne Bekleidung naken; naket; otäckt
unbekleidet naken; naket; oklätt

Synoniemen voor "naket":