Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. norr:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor norr (Zweeds) in het Duits

norr:

norr zelfstandig naamwoord

  1. norr
    der Norden; der Nord
    • Norden [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Nord [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor norr:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Nord norr
Norden norr

Synoniemen voor "norr":

  • nord

Wiktionary: norr

norr
noun
  1. eine nördlich gelegene Region, beispielsweise Norddeutschland oder die Nordische Länder
  2. Haupthimmelsrichtung, die Süden gegenüber und zwischen Westen und Osten liegt
  1. ohne Artikel: Kurzform für die Haupthimmelsrichtung Norden in der Navigation, Seefahrt

Cross Translation:
FromToVia
norr Nord; Norden north — compass point
norr Norden nord — Celui des quatre point cardinal qui correspond à la direction de l’étoile polaire.