Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. nykomling:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor nykomling (Zweeds) in het Duits

nykomling:

nykomling [-en] zelfstandig naamwoord

  1. nykomling (gröngöling; novis; nybörjare; rookie)
    der Neuling; der Neuankömmling

Vertaal Matrix voor nykomling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Neuankömmling gröngöling; novis; nybörjare; nykomling; rookie
Neuling gröngöling; novis; nybörjare; nykomling; rookie gröngöling; novis; nybörjare; rookie

Wiktionary: nykomling

nykomling
noun
  1. Person, die auf einem Gebiet oder in einer Gruppe neu ist
  2. (umgangssprachlich) scherzhaft: Neuling

Cross Translation:
FromToVia
nykomling Fremder; Neuling stranger — newcomer