Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. schema:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor schema (Zweeds) in het Duits

schema:

schema [-en] zelfstandig naamwoord

  1. schema
    der Stundenplan; der Schulplan
  2. schema
    der Zeitplan
    • Zeitplan [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. schema
    Schema
    • Schema [das ~] zelfstandig naamwoord
  4. schema (system; översikt; listig el. hemlig plan)
    System
    • System [das ~] zelfstandig naamwoord
  5. schema (färgschema)
    Schema; Farbschema

Vertaal Matrix voor schema:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Farbschema färgschema; schema färgplan
Schema färgschema; schema diagram; stramalj
Schulplan schema inlärningsmetod; lärometod
Stundenplan schema arbetsschema; tidtabell
System listig el. hemlig plan; schema; system; översikt byggnad; konstruktion; ordning; rådande ordning; system
Zeitplan schema tidsplan; tidstabell; tidtabell
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Zeitplan Schemalägg

Synoniemen voor "schema":


Wiktionary: schema

schema
noun
  1. Einteilung der Zeit als Maßnahme zur Organisation von Arbeit oder Ausbildung/Unterricht
  2. gedankliches Konzept als Orientierungshilfe für ein Vorgehen
  3. auf das Wesentliche reduzierte, grafische, übersichtliche Darstellung einer komplexen Sache

Cross Translation:
FromToVia
schema Liste; Teilnehmerliste; Matrikel roster — a list of names
schema Termin; Programm; Zeitplan schedule — time-based plan of events
schema Schema schématracé figurant d’une façon simplifier la disposition d’un bâtiment, d’un appareil, d’un organe, etc.

Verwante vertalingen van schema