Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. sund:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor sund (Zweeds) in het Duits

sund:

sund

  1. sund (tarmsträng; tarm)

sund bijvoeglijk naamwoord

  1. sund (sunt)
    solide
    • solide bijvoeglijk naamwoord
  2. sund (sunt; hälsosamt)
    gesundheidlich

sund [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. sund
    die Meerenge; die Meeresstraße; die Seestraße
  2. sund
    die Meerenge
    • Meerenge [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor sund:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Darm inälvor; tarmar
Meerenge sund
Meeresstraße sund
Seestraße sund
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Darm sund; tarm; tarmsträng
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gesundheidlich hälsosamt; sund; sunt
solide sund; sunt bekräftad; bekräftat; fast; förstärkt; gediget; invand; muskulös; muskulöst; pålitlig; pålitligt; robust; rättskaffens; solid; solitt; stabilt; stadig; stadigt; ståndaktig; ståndaktigt; sunt; säkert; underbyggt; välbekant; välbyggt

Synoniemen voor "sund":


Wiktionary: sund

sund
adjective
  1. gut für die Gesundheit
noun
  1. Ostseeraum: Meerenge zwischen Festland und einer vorgelagerten Insel, meist nach letzterer benannt
  2. Meerenge
  3. enge Stelle im Meer zwischen zwei Landmassen, enge Stelle auf einer Schifffahrtsroute im Meer

Cross Translation:
FromToVia
sund gesund gezond — bevorderlijk voor een goede conditie
sund gesund sound — healthy
sund Sund sound — long narrow inlet
sund gesund; heil sain — Qui est de bonne constitution, qui n’a pas de tares en son organisme. Qui n’est pas altéré, qui est en bon état.