Overzicht
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. svartsjuk:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor svartsjuk (Zweeds) in het Duits

svartsjuk:

svartsjuk bijvoeglijk naamwoord

  1. svartsjuk
    eifersüchtig; neidisch; haßerfüllt

Vertaal Matrix voor svartsjuk:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eifersüchtig svartsjuk uppretad; uppretat
haßerfüllt svartsjuk argt; bister; bistert; fåordigt; förargad; förbittrat; förtvivlad; förtvivlat; ond; rasande; tystlåten; tystlåtet; uppretad; uppretat; upprörd
neidisch svartsjuk uppretad; uppretat

Synoniemen voor "svartsjuk":

  • sotis

Wiktionary: svartsjuk

svartsjuk
adjective
  1. Eifersucht verspürend, von Eifersucht bestimmt; auf jemanden/etwas eifersüchtig seiend: etwas wollend, was jemand anderes hat; jemanden um etwas beneidend

Cross Translation:
FromToVia
svartsjuk eifersüchtig jealous — suspecting rivalry in love; fearful of being replaced, in position or in affection