Overzicht
Zweeds naar Duits: Meer gegevens...
-
utmärglat:
- dünn; mager; schmächtig; gebrechlich; nichtig; dürftig; hager; karg; kärglich; kränklich; abgemagert
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor utmärglat (Zweeds) in het Duits
utmärglat:
-
utmärglat (tunt; magert; skinntorrt; utmärglad; mager)
dünn; mager; schmächtig; gebrechlich; nichtig; dürftig; hager; karg; kärglich; kränklich-
dünn bijvoeglijk naamwoord
-
mager bijvoeglijk naamwoord
-
schmächtig bijvoeglijk naamwoord
-
gebrechlich bijvoeglijk naamwoord
-
nichtig bijvoeglijk naamwoord
-
dürftig bijvoeglijk naamwoord
-
hager bijvoeglijk naamwoord
-
karg bijvoeglijk naamwoord
-
kärglich bijvoeglijk naamwoord
-
kränklich bijvoeglijk naamwoord
-
-
utmärglat (avmagrat; avmagrad)
abgemagert-
abgemagert bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor utmärglat:
Computer vertaling door derden: