Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. epistel:
  2. Epistel:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor epistel (Zweeds) in het Engels

epistel:

epistel [-en] zelfstandig naamwoord

  1. epistel
    the epistle
    • epistle [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. epistel
    the sermon; the lecture
    • sermon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lecture [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor epistel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
epistle epistel
lecture epistel avhandling; essä; föredrag; föreläsning; skrift; straffpredikan; undervisning; uppsats
sermon epistel predikan
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lecture hålla föredrag
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
sermon predikning; uppläxning

Synoniemen voor "epistel":


Wiktionary: epistel


Cross Translation:
FromToVia
epistel epistle EpistelReligion, Bibel: Brief eines Apostel
epistel epistle Epistel — ein Brief, Brieftext gehobenen Anspruchs (Sendschreiben, Versepistel)

Epistel:

Epistel zelfstandig naamwoord

  1. Epistel
    the missive; the Epistle
    • missive [the ~] zelfstandig naamwoord
    • Epistle [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Epistel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Epistle Epistel
missive Epistel
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
missive missiv

Computer vertaling door derden: