Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. ishockey:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor ishockey (Zweeds) in het Engels

ishockey:

ishockey [-en] zelfstandig naamwoord

  1. ishockey
    the ice hockey

Vertaal Matrix voor ishockey:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ice hockey ishockey

Synoniemen voor "ishockey":


Wiktionary: ishockey

ishockey
noun
  1. hockey
  2. the sport

Cross Translation:
FromToVia
ishockey ice hockey ijshockey — ijssport waarbij twee teams van ieder vijf personen plus goalie met behulp van een stick een schijfje (puck) in het doel van de tegenstander proberen te schieten
ishockey ice hockey Eishockey — Wintersportart, bei der versucht wird, eine Hartgummischeibe (Puck) mit Hilfe von Schlägern im gegnerischen Tor unterzubringen