Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. adel:
  2. ädel:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor adel (Zweeds) in het Engels

adel:

adel [-en] zelfstandig naamwoord

  1. adel (ädelhet)
    the nobility; the peerage
    • nobility [the ~] zelfstandig naamwoord
    • peerage [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor adel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nobility adel; ädelhet nobless; riddarväsen; ridderlighet
peerage adel; ädelhet
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
nobility adelsstånd

Synoniemen voor "adel":


Wiktionary: adel

adel
noun
  1. the nobility or the hereditary ruling class

Cross Translation:
FromToVia
adel nobility; aristocracy Adel — durch Abstammung oder (seltener) besondere Leistungen privilegierte Schicht

ädel:

ädel

  1. ädel (ädelt)

Vertaal Matrix voor ädel:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
noble adlig; adligt; aristokratiskt; generös; generöst; högboren; högboret; högsint; storartigt; ädelmodigt
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
noble ädel; ädelt förnäm; förnämt; nobel; nobelt; ädling

Wiktionary: ädel

ädel
adjective
  1. having honorable qualities
  2. involving chivalry
  3. of a man: honourable

Cross Translation:
FromToVia
ädel generous edelmit Person: von besonderer Einstellung, Leistung, Qualität, Stellung
ädel noble; sublime; supernal noblepersonne faire partie d’une aristocratie dirigeante ou foncière, souvent dynastique. cf|féodalité|homme-lige

Verwante vertalingen van adel