Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Bäste:
  2. Wiktionary:
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. baste:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor bäste (Zweeds) in het Engels

Bäste:

Bäste bijvoeglijk naamwoord

  1. Bäste
    Esq.; Dear; Madam; My dear; Mrs; Ms; Mr; Mr.; Sir; Captain
    • Esq. bijvoeglijk naamwoord
    • Dear bijvoeglijk naamwoord
    • Madam bijvoeglijk naamwoord
    • My dear bijvoeglijk naamwoord
    • Mrs bijvoeglijk naamwoord
    • Ms bijvoeglijk naamwoord
    • Mr bijvoeglijk naamwoord
    • Mr. bijvoeglijk naamwoord
    • Sir bijvoeglijk naamwoord
    • Captain bijvoeglijk naamwoord
  2. Bäste
    Dear
    • Dear bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor Bäste:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Mr. herr
Sir herr
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Captain Bäste
Dear Bäste hedrad
Esq. Bäste kära; kärt
Madam Bäste
Mr Bäste
Mr. Bäste
Mrs Bäste
Ms Bäste
My dear Bäste
Sir Bäste


Wiktionary: bäste

bäste
noun
  1. person



Engels

Uitgebreide vertaling voor bäste (Engels) in het Zweeds

bäste vorm van baste:

baste

  1. baste (tack)

Vertaal Matrix voor baste:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- basting; basting stitch; tacking
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- batter; clobber; tack
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
tråckla baste; tack

Verwante woorden van "baste":


Synoniemen voor "baste":


Verwante definities voor "baste":

  1. a loose temporary sewing stitch to hold layers of fabric together1
  2. cover with liquid before cooking1
    • baste a roast1
  3. sew together loosely, with large stitches1
    • baste a hem1
  4. strike violently and repeatedly1

Wiktionary: baste


Cross Translation:
FromToVia
baste träda rijgen — met een naald een draad ergens doorvoeren
baste tråckla; häfta in; tråckla ihop; foga ihop; sätta samman einheften — Teile von Kleidung provisorisch mit weiten Stichen einnähen