Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. butler:
    • Wiktionary:
      butler → butler
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. butler:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor butler (Zweeds) in het Engels


Wiktionary: butler


Cross Translation:
FromToVia
butler butler Butler — Diener, der bei einer wohlhabenden Familie (insbesondere in Großbritannien) arbeitet



Engels

Uitgebreide vertaling voor butler (Engels) in het Zweeds

butler:

butler [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the butler (valet; servant; lackey; )
    betjänt; lackej; uppassare; kammartjänare
  2. the butler (cellarer)
    källarmästare
  3. the butler (lackey; valet; servant)
    husbetjänt

Vertaal Matrix voor butler:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
betjänt butler; chamber servant; footman; lackey; man; pallbearer; servant; valet servant
husbetjänt butler; lackey; servant; valet
kammartjänare butler; chamber servant; footman; lackey; man; pallbearer; servant; valet
källarmästare butler; cellarer
lackej butler; chamber servant; footman; lackey; man; pallbearer; servant; valet
uppassare butler; chamber servant; footman; lackey; man; pallbearer; servant; valet bailiff; barkeeper; servant; steward
- pantryman

Verwante woorden van "butler":

  • butlers

Synoniemen voor "butler":


Verwante definities voor "butler":

  1. a manservant (usually the head servant of a household) who has charge of wines and the table1

Wiktionary: butler


Cross Translation:
FromToVia
butler betjänt; butler Butler — Diener, der bei einer wohlhabenden Familie (insbesondere in Großbritannien) arbeitet
butler munskänk Mundschenkhistorisch: das (Ehren-)Amt desjenigen, der an der königlichen Tafel die Getränke auswählte, prüfte und vorsetzte

Butler:


Vertaal Matrix voor Butler:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Samuel Butler

Verwante definities voor "Butler":

  1. English poet (1612-1680)1
  2. English novelist who described a fictitious land he called Erewhon (1835-1902)1