Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. flack:
  2. fläck:
  3. Wiktionary:
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fläck:
    Het woord fläck is bekend in onze database, echter hebben wij hiervoor nog geen vertaling van engels naar zweeds.


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor fläck (Zweeds) in het Engels

flack:

flack

  1. flack

Vertaal Matrix voor flack:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flat bostadslägenhet; lägenhet; långgrund strand; punktering; tillplattad; utjämnad; vad; våning
level avgrävning; dimensionsnivå; echelonggruppering; grad; kaliber; nivellera; nivå; plan; vågrät yta; våning; våningsplan; yta
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
level göra jämn; göra upp; jämna; jämna ut; plana; platta ut; släta ut; utjämna
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
level jämnt; lent; lugn; lugnt; mild; milt; på samma plan; slät; slätt
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
flat flack framstupa; nattstånden; slättmark; sättstycke
level flack avjämna
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flat avslagen; avslaget; fadd; gammalt; jämnt; ledsamt; lent; lugn; lugnt; mild; milt; osmaklig; osmakligt; plan; plant; platt; slät; slätt; slö; slött; smaklös; smaklöst; tonlös; tonlöst; torr; torrt; tråkigt; trög; trögt; unken; unket; utan sälta

Wiktionary: flack


Cross Translation:
FromToVia
flack flat flach — ohne größere Erhebungen und Vertiefungen
flack flat; even; level; smooth platsans relief.

fläck:

fläck [-en] zelfstandig naamwoord

  1. fläck
    the spatter; the spot; the blot; the speck; the stain; the dirt-mark
    • spatter [the ~] zelfstandig naamwoord
    • spot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • blot [the ~] zelfstandig naamwoord
    • speck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stain [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dirt-mark [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. fläck
    the stain; the spot
    • stain [the ~] zelfstandig naamwoord
    • spot [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. fläck
    the spot
    • spot [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. fläck (smutsfläck)
    the stain
    • stain [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fläck:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blot fläck
dirt-mark fläck
spatter fläck
speck fläck liten fläck; prick
spot fläck finne; reklamfilm
stain fläck; smutsfläck brännmärke; skamfläck; smutsfleck
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blot befläcka; smeta ut; stryka ut
spatter plaska
spot avslöja; röja; uppenbara; yppa
stain besudla; fläcka; färga av sig; smeta ner; smutsa ned; smutsa ner; spilla
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
blot läska; sudda
spot slurk

Wiktionary: fläck

fläck
noun
  1. small spot
  2. small spot or mark
  3. mark on fruit
  4. stain
  5. a round or irregular patch of a different color
  6. discoloured spot or area

Cross Translation:
FromToVia
fläck stain; spot Fleck — Stelle, die verschmutzt (und schlecht[1]) ist
fläck place; spot Fleck — bestimmter Ort
fläck place; spot Fleckerlbairisch, österreichisch: Verkleinerungsform von Fleck
fläck glitch; snag accroc — Déchirure faite dans un tissu par quelque chose de pointu ou qui accrocher.

Verwante vertalingen van fläck



Engels

Uitgebreide vertaling voor fläck (Engels) in het Zweeds

flack:


Vertaal Matrix voor flack:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- ack-ack; ack-ack gun; antiaircraft; antiaircraft gun; attack; blast; fire; flack catcher; flak; flak catcher; pom-pom

Synoniemen voor "flack":


Verwante definities voor "flack":

  1. artillery designed to shoot upward at airplanes1
  2. intense adverse criticism1
  3. a slick spokesperson who can turn any criticism to the advantage of their employer1