Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. halva:
  2. Wiktionary:
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. halva:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor halva (Zweeds) in het Engels

halva:

halva [-en] zelfstandig naamwoord

  1. halva
    the half
    • half [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor halva:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
half halva halvback; mittfältare; mittfältspelare
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
half halvpart; hälft
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
half halv; halvt

Synoniemen voor "halva":


Wiktionary: halva

halva
noun
  1. confection
  2. one of two equal parts into which anything may be divided

Cross Translation:
FromToVia
halva half Hälfte — einer von zwei gleich großen Anteilen
halva middle Hälfte — die Mitte
halva half moitié — L’une des parties d’un tout diviser, partager également en deux.