Overzicht
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. LAN:
  2. lån:
  3. län:
  4. Wiktionary:
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. LAN:
  2. élan:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor län (Zweeds) in het Engels

LAN:

LAN

  1. LAN (lokalt nätverk; företagsnätverk)
    the LAN; the local area network; the company network
    – A network of computers, printers, and other devices located within a relatively limited area (for example, a building). A LAN enables any connected device to interact with any other on the network. 1

Vertaal Matrix voor LAN:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
LAN LAN; företagsnätverk; lokalt nätverk
company network LAN; företagsnätverk; lokalt nätverk
local area network LAN; företagsnätverk; lokalt nätverk lokalt nät

lån:

lån [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. lån (inteckning; hypotek)
    the mortgage
    • mortgage [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. lån (kredit)
    the loans
    • loans [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. lån
    the borrowing

Vertaal Matrix voor lån:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borrowing lån lånord
loans kredit; lån
mortgage hypotek; inteckning; lån huslån; hypotek; hypotheek
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mortgage låna pengar på; panta
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
mortgage gravation; inteckna; pantförskriva

Synoniemen voor "lån":


Wiktionary: lån

lån
noun
  1. borrowed sum of money or other valuables
  2. -

Cross Translation:
FromToVia
lån loan Darlehen — Geldbetrag, den eine Person oder Institution einer anderen Personen oder Institution für eine gewisse Zeit zur Verfügung stellt
lån borrowing; loanword EntlehnungLinguistik: Oberbegriff für alle Arten von Übernahmen sprachlicher Phänomene (Einheiten der verschiedenen Sprachebenen, grammatische Konstruktionen) von einer Sprache in eine andere.

län:

län [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. län (provins; landskap; region; zon; distrikt)
    the province; the county; the department; the district; the region
    • province [the ~] zelfstandig naamwoord
    • county [the ~] zelfstandig naamwoord
    • department [the ~] zelfstandig naamwoord
    • district [the ~] zelfstandig naamwoord
    • region [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. län (skyddade platser; skydd; tillflykter)
    the shelters; the roofs; the covers; the sheds
    • shelters [the ~] zelfstandig naamwoord
    • roofs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • covers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sheds [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor län:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
county distrikt; landskap; län; provins; region; zon grevskap; landsdel; nejd; område; region; storkommun; trakt
covers län; skydd; skyddade platser; tillflykter lock; skyddsomslag; täcken; täckmantlar; överdrag; övertackande
department distrikt; landskap; län; provins; region; zon avdelning; avdelningskontor; departement; distrikt; domsrätt; fack; filial; förvaltningsområde; gren; institution; jurisdiktion; landsdel; ministerium; nejd; område; region; sektion; trakt; zon
district distrikt; landskap; län; provins; region; zon distrikt; grannskap; kanton; kvarter; landsdel; nejd; område; region; stadsdel; territorium; trakt; zon
province distrikt; landskap; län; provins; region; zon domsrätt; jurisdiktion; landsdel; nejd; område; provins; region; trakt; ärkestift
region distrikt; landskap; län; provins; region; zon cacheområde; distrikt; kanton; landsdel; nejd; område; region; territorium; trakt; zon
roofs län; skydd; skyddade platser; tillflykter tak
sheds län; skydd; skyddade platser; tillflykter fönstermarkiser; förrådsutrymmen; lagerlokaler; markis; skjul; solsegel; solskydd
shelters län; skydd; skyddade platser; tillflykter fönstermarkiser; gömställen; härbärge; markis; skydd; solsegel; solskydd; tillflykt
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
department rotel
district bygd; räjong
province gebit; guvernement

Wiktionary: län

län
noun
  1. administrative region of various countries
  2. A subdivision of government usually one step below the national level

Cross Translation:
FromToVia
län county Landkreisadministrative Gliederungseinheit, Bezeichnung für einen Gemeindeverband und gleichzeitig Gebietskörperschaft in Deutschland unter gemeindlicher Selbstverwaltung (außer Nordrhein-Westfalen und Schleswig-Holstein sowie teilweise Hessen)

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van län



Engels

Uitgebreide vertaling voor län (Engels) in het Zweeds

lan:


Synoniemen voor "lan":


LAN:

LAN [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the LAN (local area network; company network)
    – A network of computers, printers, and other devices located within a relatively limited area (for example, a building). A LAN enables any connected device to interact with any other on the network. 1

Vertaal Matrix voor LAN:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- local area network
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
LAN LAN; company network; local area network
företagsnätverk LAN; company network; local area network
lokalt nätverk LAN; company network; local area network

Verwante definities voor "LAN":

  1. a local computer network for communication between computers; especially a network connecting computers and word processors and other electronic office equipment to create a communication system between offices2
  2. A network of computers, printers, and other devices located within a relatively limited area (for example, a building). A LAN enables any connected device to interact with any other on the network.1

élan:

élan [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the élan (diligence; fervour; ardor; )
    schvung; fart; iver; eldighet
    • schvung [-en] zelfstandig naamwoord
    • fart [-en] zelfstandig naamwoord
    • iver [-en] zelfstandig naamwoord
    • eldighet [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor élan:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eldighet ardor; ardour; assiduity; diligence; fervor; fervour; zeal; zest; élan
fart ardor; ardour; assiduity; diligence; fervor; fervour; zeal; zest; élan drive; driving speed; energy; gin; impetus; jenever; momentum; rapidity; soul; speed; spirit; spunk; strength; thoroughness; velocity
iver ardor; ardour; assiduity; diligence; fervor; fervour; zeal; zest; élan eagerness; efficacy; fervor; fervour; fierceness; gusto; intensity; momentum; vehemence; vigor; vigour; violence; zest
schvung ardor; ardour; assiduity; diligence; fervor; fervour; zeal; zest; élan

Wiktionary: élan

élan
noun
  1. spirit, zeal

Cross Translation:
FromToVia
élan ansats; språng élan — (1)

Computer vertaling door derden: