Home
Woordenboeken
Word Fun
Over
Feedback
Español
Home
->
Woordenboeken
->
Zweeds/Spaans
->Zoek: säsong
Zweedse en Spaanse zoekresultaten voor:
säsong
Zoek
Remove Ads
Overzicht
Zweeds naar Spaans:
Meer gegevens...
säsong:
estación
Wiktionary:
säsong →
temporada
,
período
,
época
,
estación
,
temporado
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor
säsong
(Zweeds) in het Spaans
säsong:
säsong
[
-en
]
zelfstandig naamwoord
säsong
(
årstid
)
la
estación
estación
[
la ~
]
zelfstandig naamwoord
Vertaal Matrix voor
säsong
:
Zelfstandig Naamwoord
Verwante vertalingen
Andere vertalingen
estación
säsong
;
årstid
järnvägsstation
;
station
Synoniemen voor "säsong":
rstid
Wiktionary:
säsong
Cross Translation:
From
To
Via
•
säsong
→
temporada
;
período
;
época
↔
season
— part of year with something special
•
säsong
→
temporada
↔
season
— a group of episodes
•
säsong
→
estación
;
temporada
;
temporado
↔
saison
—
division
en
quatre
de l’
année
:
printemps
,
été
,
automne
et
hiver
.
Computer vertaling door derden:
Verwante vertalingen van
säsong
slapp säsong
sen säsong
semester säsong
fastlagen säsong
Remove Ads