Overzicht
Zweeds naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. kram:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor kram (Zweeds) in het Spaans

kram:

kram [-en] zelfstandig naamwoord

  1. kram (smekning)
    el abrazo
    • abrazo [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. kram (smekning; omfamning)
    la caricia
    • caricia [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. kram
    la escena de mimos
  4. kram
    la aspillera

Vertaal Matrix voor kram:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abrazo kram; omfamning; smekning
aspillera kram kanonglugg; kanonhål; kryphål; skottglugg
caricia kram; omfamning; smekning gullande; kramande; smekning
escena de mimos kram

Synoniemen voor "kram":


Wiktionary: kram


Cross Translation:
FromToVia
kram abrazo hug — affectionate embrace
kram abrazo Umarmung — das Umfassen des Oberkörpers oder des Halses mit beiden Armen; Geste der Zuneigung
kram puesto échoppe — Petite boutique ordinairement en appentis et adossée contre une muraille.