Zweeds
Uitgebreide vertaling voor bakåt (Zweeds) in het Nederlands
baka:
-
baka
Conjugations for baka:
presens
- bakar
- bakar
- bakar
- bakar
- bakar
- bakar
imperfekt
- bakade
- bakade
- bakade
- bakade
- bakade
- bakade
framtid 1
- kommer att baka
- kommer att baka
- kommer att baka
- kommer att baka
- kommer att baka
- kommer att baka
framtid 2
- skall baka
- skall baka
- skall baka
- skall baka
- skall baka
- skall baka
conditional
- skulle baka
- skulle baka
- skulle baka
- skulle baka
- skulle baka
- skulle baka
perfekt particip
- har bakat
- har bakat
- har bakat
- har bakat
- har bakat
- har bakat
imperfekt particip
- hade bakat
- hade bakat
- hade bakat
- hade bakat
- hade bakat
- hade bakat
blandad
- baka!
- baka!
- bakad
- bakande
1. jag, 2. du/ni, 3. han/hon/den/det, 4. vi, 5. ni, 6. de
Vertaal Matrix voor baka:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
vastkoeken | baka | klibba fast; sintra ihop |
bakåt:
-
bakåt
terug; achterwaarts; achteruit; naar achter; rugwaarts; naar achteren-
terug bijwoord
-
achterwaarts bijvoeglijk naamwoord
-
achteruit bijwoord
-
naar achter bijvoeglijk naamwoord
-
rugwaarts bijvoeglijk naamwoord
-
naar achteren bijvoeglijk naamwoord
-
-
bakåt
achterwaarts; achteruit; terug; retour-
achterwaarts bijvoeglijk naamwoord
-
achteruit bijwoord
-
terug bijwoord
-
retour bijwoord
-
-
bakåt
ruggelings-
ruggelings bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor bakåt:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
retour | hemkomst; returbiljett; tur och retur; återkomst | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
achterwaarts | bakåt | |
ruggelings | bakåt | |
rugwaarts | bakåt | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
achteruit | bakåt | |
retour | bakåt | |
terug | bakåt | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
naar achter | bakåt | |
naar achteren | bakåt |