Overzicht
Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...
-
avlöna:
-
Wiktionary:
avlöna → uitbetalen, vergoeden, salariëren, bezoldigen -
Synoniemen voor "avlöna":
betala
-
Wiktionary:
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor avlöna (Zweeds) in het Nederlands
avlöna:
Synoniemen voor "avlöna":
Wiktionary: avlöna
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• avlöna | → uitbetalen; vergoeden; salariëren; bezoldigen | ↔ entlohnen — (transitiv) jemanden für erbrachte Leistungen bezahlen; veraltet: jemandem den Lohn für etwas zahlen |