Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. anskaffning:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor anskaffning (Zweeds) in het Nederlands

anskaffning:

anskaffning [-en] zelfstandig naamwoord

  1. anskaffning (anskaffande; utverkande; framskaffande)
    de voorziening; de verschaffing

Vertaal Matrix voor anskaffning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verschaffing anskaffande; anskaffning; framskaffande; utverkande
voorziening anskaffande; anskaffning; framskaffande; utverkande försörjning; mått

Wiktionary: anskaffning


Cross Translation:
FromToVia
anskaffning aanschaffing Beschaffungallgemein: beschaffen oder besorgen von materiellen oder ideellen Gut
anskaffning inkoop BeschaffungBetriebswirtschaftslehre: neben der Produktion und dem Absatz die dritte betriebliche Grundfunktion; Grundvorgang des Besorgens von Roh-, Hilfs- und Betriebsstoffen sowie von Dienstleistungen für die Produktion von Gütern
anskaffning aanschaf; aankoop; afname; inkoop; koop; overname; aanwinst; acquisitie; buit; verkrijging; verwerving; prooi; acquest acquisitionaction d’acquérir.
anskaffning aanschaf; aankoop; afname; inkoop; koop; overname; gekochte empletteemploi, choix.
anskaffning aankoop; inkoop; overname marchélieu public où l’on vendre les choses nécessaires pour la subsistance et pour les différents besoins de la vie.