Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. aspirant:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. aspirant:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor aspirant (Zweeds) in het Nederlands

aspirant:

aspirant [-en] zelfstandig naamwoord

  1. aspirant (lärling; elev)
    de volontair

Vertaal Matrix voor aspirant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
volontair aspirant; elev; lärling

Synoniemen voor "aspirant":


Wiktionary: aspirant


Cross Translation:
FromToVia
aspirant belangstellende; geïnteresseerde Interessent — jemand, der an einem Kurs, einer Schulung et cetera teilnehmen möchte
aspirant belangstellende; geïnteresseerde Interessent — ein Bewerber für eine Aufgabe, Position, einen Job und andere



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aspirant (Nederlands) in het Zweeds

aspirant:

aspirant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de aspirant (gegadigde; kandidaat; geinteresseerde)
    kandidat; sökande
  2. de aspirant (beginneling; beginner)
    nybörjare

Vertaal Matrix voor aspirant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kandidat aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat kandidaat; kandidaatsstelling; kandidate; kandidatuur
nybörjare aspirant; beginneling; beginner beginnelinge; beginnelingen; beginner; beginners; eerstejaars; eerstejaars student; foet; groentje; mensen die beginnen; nieuweling; nieuwkomer
sökande aspirant; gegadigde; geinteresseerde; kandidaat aanvrager; aanzoeker; aspirante; aspiranten; kandidaatsstelling; kandidate; kandidatuur; reflectant; rekwestrant; verzoeker; zoeken

Verwante woorden van "aspirant":