Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Zoek: trams

Zweedse en Nederlandse zoekresultaten voor: trams

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

trams:
- Wiktionary:
  trams → flauwekul, onzin
- Synoniemen voor "trams":
  goja; fjanteri; strunt; nonsens; larv

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

tram:
- spårvagn
Wiktionary:
- tram → spårvagn

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor trams (Zweeds) in het Nederlands

trams:

Synoniemen voor "trams":

goja; fjanteri; strunt; nonsens; larv

Wiktionary: trams

Cross Translation:

From	To	Via
• trams	→ flauwekul	↔ Quatsch — dumme, ungereimte Aussage
• trams	→ onzin	↔ twaddle — Empty or silly idle talk or writing; nonsense

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trams (Nederlands) in het Zweeds

tram:

tram [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de tram
spårvagn
- spårvagn [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tram:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
spårvagn	tram	kabeltram

Verwante woorden van "tram":

trammen, trams

Verwante definities voor "tram":

elektrisch voertuig dat over rails rijdt¹
- we gaan met de tram naar het centrum¹

Wiktionary: tram

Cross Translation:

From	To	Via
• tram	→ spårvagn	↔ Straßenbahn — Schienen gebundenes Nahverkehrsmittel
• tram	→ spårvagn	↔ Tram — kurz für: Trambahn, Straßenbahn
• tram	→ spårvagn	↔ tram — passenger vehicle
• tram	→ spårvagn	↔ tramway — ferro\|fr Véhicule qui circuler en milieu urbain sur une voie ferrée.

¹Muiswerk Woordenboek