Overzicht
Zweeds naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. välsignelse:
  2. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor välsignelse (Zweeds) in het Nederlands

välsignelse:

välsignelse [-en] zelfstandig naamwoord

  1. välsignelse
    de voorspoed; de zegening; de zaligheid; gezegende toestand; het heil; de zegen; zegenen
  2. välsignelse
    de voorspoed; de zegening; de zegen; het heil; zegenen; gezegende toestand; de wijding
    • voorspoed [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zegening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zegen [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord, mv.
    • heil [het ~] zelfstandig naamwoord
    • zegenen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gezegende toestand [znw.] zelfstandig naamwoord
    • wijding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. välsignelse (tacksägelsebön)
    de heildronk; de toost
    • heildronk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • toost [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. välsignelse (lycka)
    de gelukzaligheid; de heerlijkheid

Vertaal Matrix voor välsignelse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gelukzaligheid lycka; välsignelse
gezegende toestand välsignelse
heerlijkheid lycka; välsignelse delikatesser; känsligheter; läckerheter
heil välsignelse framgångar
heildronk tacksägelsebön; välsignelse
toost tacksägelsebön; välsignelse rostad bröd
voorspoed välsignelse framgångar
wijding välsignelse välsingnälse
zaligheid välsignelse himmelrike; lycka; sällhet
zegen välsignelse
zegenen välsignelse
zegening välsignelse välsingnälse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zegenen helga; välsigna

Wiktionary: välsignelse


Cross Translation:
FromToVia
välsignelse voordeel; zegen boon — A blessing or benefit