Home ->Woordenboeken ->Zweeds/Nederlands ->Zoek: dessert

Zweedse en Nederlandse zoekresultaten voor: dessert

Overzicht

Zweeds naar Nederlands: Meer gegevens...

dessert:
- dessert; nagerecht; toetje; toespijs; liflafje
Wiktionary:
- dessert → dessert, toetje, nagerecht, toespijs

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

dessert:
- efterrätt; dessert
Wiktionary:
- dessert → efterrätt
- dessert → efterrätt, dessert

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor dessert (Zweeds) in het Nederlands

dessert:

dessert [-en] zelfstandig naamwoord

dessert (efterrätt)
de dessert; het nagerecht; het toetje; de toespijs
- dessert [de ~] zelfstandig naamwoord
- nagerecht [het ~] zelfstandig naamwoord
- toetje [het ~] zelfstandig naamwoord
- toespijs [de ~] zelfstandig naamwoord
dessert (trifle)
het liflafje
- liflafje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dessert:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dessert	dessert; efterrätt
liflafje	dessert; trifle
nagerecht	dessert; efterrätt
toespijs	dessert; efterrätt	assiett; mellanrätt; tillbehör till huvudrätten
toetje	dessert; efterrätt

Synoniemen voor "dessert":

efterrätt

Wiktionary: dessert

Cross Translation:

From	To	Via
• dessert	→ dessert; toetje; nagerecht	↔ Nachtisch — der letzte Gang einer ausgedehnten Mahlzeit, der nach der Hauptspeise serviert wird
• dessert	→ nagerecht; dessert; toetje; toespijs	↔ dessert — (cuisine) mets généralement sucré servi à la fin d’un repas.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van dessert

få till dessert

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dessert (Nederlands) in het Zweeds

dessert:

dessert [de ~] zelfstandig naamwoord

de dessert (nagerecht; toetje; toespijs)
efterrätt; dessert
- efterrätt [-en] zelfstandig naamwoord
- dessert [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dessert:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dessert	dessert; nagerecht; toespijs; toetje	liflafje
efterrätt	dessert; nagerecht; toespijs; toetje

Verwante woorden van "dessert":

desserten, desserts

Wiktionary: dessert

dessert

noun

het gerecht waarmee een maaltijd wordt afsluiten
- dessert → efterrätt

Cross Translation:

From	To	Via
• dessert	→ efterrätt	↔ dessert — sweet confection served as the last course of a meal
• dessert	→ efterrätt; dessert	↔ Nachtisch — der letzte Gang einer ausgedehnten Mahlzeit, der nach der Hauptspeise serviert wird
• dessert	→ efterrätt; dessert	↔ dessert — (cuisine) mets généralement sucré servi à la fin d’un repas.

Computer vertaling door derden: