Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. worsted:
  2. worst:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor worsted (Engels) in het Nederlands

worsted:

worsted [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the worsted (worsted yarn)
    het kamgaren; de sajet
    • kamgaren [het ~] zelfstandig naamwoord
    • sajet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor worsted:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kamgaren worsted; worsted yarn
sajet worsted; worsted yarn
- worsted yarn

Verwante woorden van "worsted":


Synoniemen voor "worsted":


Verwante definities voor "worsted":

  1. a woolen fabric with a hard textured surface and no nap; woven of worsted yarns1
    • he wore a worsted suit1
  2. a tightly twisted woolen yarn spun from long-staple wool1

worsted vorm van worst:

worst bijvoeglijk naamwoord

  1. worst (lowest)
    slechtste
  2. worst
    slechtst
  3. worst (come off badly)
    bekaaid; pover; schamel; er bekaaid afkomen

Vertaal Matrix voor worst:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- mop up; pip; rack up; whip
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pover come off badly; worst flimsy; indigent; lean; lousy; miserable; needy; paltry; pennyless; poor; poverty stricken; ragged; shabby; shady; thin; unsightly
schamel come off badly; worst miserable; paltry; poor; ragged; shabby; shady; unsightly
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekaaid come off badly; worst
er bekaaid afkomen come off badly; worst
slechtst worst
slechtste lowest; worst

Verwante woorden van "worst":


Synoniemen voor "worst":


Antoniemen van "worst":


Verwante definities voor "worst":

  1. (superlative of `bad') most wanting in quality or value or condition1
    • the worst player on the team1
    • the worst weather of the year1
  2. to the highest degree of inferiority or badness1
    • She suffered worst of all1
    • schools were the worst hit by government spending cuts1
    • the worst dressed person present1
  3. the weakest effort or poorest achievement one is capable of1
    • it was the worst he had ever done on a test1
  4. the greatest damage or wickedness of which one is capable1
    • the invaders did their worst1
    • so pure of heart that his worst is another man's best1
  5. the least favorable outcome1
    • the worst that could happen1
  6. defeat thoroughly1

Wiktionary: worst

worst
superlative
  1. Most inferior

Verwante vertalingen van worsted