Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. tuil:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tuil (Nederlands) in het Spaans

tuil:

tuil [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de tuil (ruiker; boeket; bloemstuk; bloemetje)
    la pieza floral; el buqué

Vertaal Matrix voor tuil:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buqué bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil aroma; boeket; bos bloemen; bouquet; geur; geurtje; lucht; reuk
pieza floral bloemetje; bloemstuk; boeket; ruiker; tuil boeket; bos bloemen

Verwante woorden van "tuil":