Overzicht
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. verbasteren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verbasteren (Nederlands) in het Spaans

verbasteren:

verbasteren werkwoord (verbaster, verbastert, verbasterde, verbasterden, verbasterd)

  1. verbasteren (vervormen)
    deformar; adaptar; adaptarse; desfigurar

Conjugations for verbasteren:

o.t.t.
  1. verbaster
  2. verbastert
  3. verbastert
  4. verbasteren
  5. verbasteren
  6. verbasteren
o.v.t.
  1. verbasterde
  2. verbasterde
  3. verbasterde
  4. verbasterden
  5. verbasterden
  6. verbasterden
v.t.t.
  1. heb verbasterd
  2. hebt verbasterd
  3. heeft verbasterd
  4. hebben verbasterd
  5. hebben verbasterd
  6. hebben verbasterd
v.v.t.
  1. had verbasterd
  2. had verbasterd
  3. had verbasterd
  4. hadden verbasterd
  5. hadden verbasterd
  6. hadden verbasterd
o.t.t.t.
  1. zal verbasteren
  2. zult verbasteren
  3. zal verbasteren
  4. zullen verbasteren
  5. zullen verbasteren
  6. zullen verbasteren
o.v.t.t.
  1. zou verbasteren
  2. zou verbasteren
  3. zou verbasteren
  4. zouden verbasteren
  5. zouden verbasteren
  6. zouden verbasteren
en verder
  1. ben verbasterd
  2. bent verbasterd
  3. is verbasterd
  4. zijn verbasterd
  5. zijn verbasterd
  6. zijn verbasterd
diversen
  1. verbaster!
  2. verbastert!
  3. verbasterd
  4. verbasterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verbasteren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adaptar verbasteren; vervormen aanpassen; afstemmen; bijstellen; gelijkschakelen; omschakelen; overschakelen
adaptarse verbasteren; vervormen aanpassen; aanwennen; aarden; acclimatiseren; eigenmaken; erin passen; gewend raken; gewendraken; gewennen; inpassen; leren; omschakelen; overschakelen; wennen; zich aanpassen; zich schikken; zich voegen; zich voegen naar
deformar verbasteren; vervormen een andere vorm geven; kapotmaken; mismaken; misvormen; moeren; mollen; verminken; vertekenen; vervormen
desfigurar verbasteren; vervormen een andere vorm geven; kapotmaken; knakken; mismaken; misvormen; moeren; mollen; verdraaien; verminken; vertekenen; vervormen; zich omdraaien

Wiktionary: verbasteren


Cross Translation:
FromToVia
verbasteren sobornar; corromper corrompregâter, altérer, changer en mal.