Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. slogans:
  2. slogan:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor slogans (Nederlands) in het Frans

slogans:

slogans [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de slogans (slagzinnen; kreten; leuzen)
    le cris; le slogans
    • cris [le ~] zelfstandig naamwoord
    • slogans [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor slogans:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cris kreten; leuzen; slagzinnen; slogans gegil; gekrijs; geroep; geschetter; geschreeuw; geschrei; getrompetter; gillen; joelen; kreten; leuzen; parolen; roep; roepen; schreeuwen; tranen vergieten; vergieten
slogans kreten; leuzen; slagzinnen; slogans kreten; leuzen; parolen; strijdkreten

Verwante woorden van "slogans":


slogan:

slogan [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de slogan (slagzin; leus; kreet; reclamezin; reclameleus)
    la devise; le slogan; le texte publicitaire
  2. de slogan
    le slogan
    • slogan [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor slogan:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
devise kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan bevelschrift; consigne; devies; deviezen; dwangbevel; grondstelling; hoofdstelling; kenspreuk; kreet; leus; leuze; lijfspreuk; motto; opdracht; order; parool; spreuk; strijdkreet; taak; wachtwoord; wapenkreet; yell; zinspreuk
slogan kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan devies; kenspreuk; kreet; leus; leuze; motto; parool; spreuk; strijdkreet; wapenkreet; yell; zinspreuk
texte publicitaire kreet; leus; reclameleus; reclamezin; slagzin; slogan reclametekst

Verwante woorden van "slogan":


Wiktionary: slogan


Cross Translation:
FromToVia
slogan shibboleth shibboleth — A common or longstanding belief, custom, or catchphrase associated with a particular group, especially one with little current meaning or truth