Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. weeklagend:
  2. weeklagen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor weeklagend (Nederlands) in het Frans

weeklagend:


weeklagend vorm van weeklagen:

weeklagen werkwoord (weeklaag, weeklaagt, weeklaagde, weeklaagden, geweeklaagd)

  1. weeklagen (jammeren; jeremiëren)
    se plaindre; se lamenter; gémir
    • se plaindre werkwoord
    • se lamenter werkwoord
    • gémir werkwoord (gémis, gémit, gémissons, gémissez, )

Conjugations for weeklagen:

o.t.t.
  1. weeklaag
  2. weeklaagt
  3. weeklaagt
  4. weeklagen
  5. weeklagen
  6. weeklagen
o.v.t.
  1. weeklaagde
  2. weeklaagde
  3. weeklaagde
  4. weeklaagden
  5. weeklaagden
  6. weeklaagden
v.t.t.
  1. heb geweeklaagd
  2. hebt geweeklaagd
  3. heeft geweeklaagd
  4. hebben geweeklaagd
  5. hebben geweeklaagd
  6. hebben geweeklaagd
v.v.t.
  1. had geweeklaagd
  2. had geweeklaagd
  3. had geweeklaagd
  4. hadden geweeklaagd
  5. hadden geweeklaagd
  6. hadden geweeklaagd
o.t.t.t.
  1. zal weeklagen
  2. zult weeklagen
  3. zal weeklagen
  4. zullen weeklagen
  5. zullen weeklagen
  6. zullen weeklagen
o.v.t.t.
  1. zou weeklagen
  2. zou weeklagen
  3. zou weeklagen
  4. zouden weeklagen
  5. zouden weeklagen
  6. zouden weeklagen
diversen
  1. weeklaag!
  2. weeklaagt!
  3. geweeklaagd
  4. weeklagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor weeklagen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gémir jammeren; jeremiëren; weeklagen emmeren; huilen; janken; kermen; klagen; kreunen; misnoegen uiten; over iets mopperen; schreien; steunen; verzuchten; wenen; zucht slaken; zuchten
se lamenter jammeren; jeremiëren; weeklagen klagen; kreunen; lamenteren; misnoegen uiten; over iets mopperen; steunen; zich beklagen
se plaindre jammeren; jeremiëren; weeklagen bezwaar aantekenen; bezwaar maken; bezwaren; brommen; eisen; kankeren; klagen; mopperen; morren; over iets mopperen; pruttelen; reclameren; zeuren; zich beklagen